Bakhuisje

2010-2011
Kranten ademen de sfeer van crisis, niet alleen op economisch vlak, maar ook op politiek vlak.
De Occupy-beweging staat op. Hardwerkende burgers zien gemeenschapsgeld besteed aan zaken waar zij zelf nooit voor zouden kiezen. Zieke banken, graaicultuur en steeds grotere verschillen tussen arm en rijk.
En dan hebben we nog de crisis binnen de Katholieke kerk, misbruikschandalen komen aan het licht.

Zo’n beetje in deze periode beginnen wij, Frans van der Werf en Lot Brandt, aan een werkstuk dat zal uitmonden in ’t Bakhuisje. Wonende in een klein dorpje in Gaasterland, provincie Friesland, lijken de dwingende krantenkoppen bijna surrealistisch.

De bedrijvigheid in en om het dorp is als een geruststellende, geoliede machine.
We ontdekken de schoonheid van in onbruik geraakt gereedschap. De mooie vormen, de ergonomische eenvoud, de geschiedenis die eraan kleeft. De ziel.

We beginnen een inzamel-actie. Wat opvalt is hoe gul en betrokken de mensen zijn. Ook groeit de nieuwsgierigheid, wat wordt er gedaan met ons gereedschap?

We construeren een beeld dat een afspiegeling is van de ziel van het gereedschap, een eerbetoon aan de arbeider en tegelijk een samenvatting blijkt van de tijd waarin wij leven.
In een periode dat iedereen de hand op de knip houdt, kopen wij zuiver bladgoud. Omdat het staat voor al het mooie en al het slechte.

Materiaal: gebruikt en antiek gereedschap, staal, koper, bladgoud 24 karaat.

Bakhuisje uit de collectie Nieuw Land van Lot Brandt Bakhuisje uit de collectie Nieuw Land van Lot Brandt